Nieuwe fiscale en sociaalrechtelijke regularisatie in aantocht.

Brussel, 21 juni 2016. De federale regering heeft op 29 maart jl. een wetsontwerp ingediend dat voorziet in een nieuw (permanent) systeem van fiscale en sociale regularisatie. De nieuwe regeling zal in werking treden vanaf de eerste dag van de maand na de publicatie van de wet in het Belgisch Staatsblad.

Verwacht wordt dat de wet aanstaande donderdag 23 juni wordt goedgekeurd in de Kamer, zodat de inwerkingtreding op 1 juli of op 1 augustus 2016 zal plaatsvinden. Onderstaand overzicht is gebaseerd op de tekst van het wetsontwerp.

Kader

Internationale gegevensuitwisseling tussen de belastingadministraties neemt hand over hand toe, onder druk van organisaties zoals de G20, de OESO en de Europese Unie. Onthullingen zoals de recente ‘Panama Papers’ tonen aan dat fiscale ontwijking op een toenemende belangstelling van de nationale en internationale pers en van de publieke opinie kan rekenen.

Daarom wordt verwacht dat velen de nood voelen om de onzekerheden omtrent hun fiscale situatie weg te nemen. Met de nieuwe regularisatieprocedure tracht de Belgische wetgever hen hiertoe de kans te geven op fiscaal, sociaal en strafrechtelijk vlak.

Wie kan regulariseren?

Deze mogelijkheid wordt geopend voor natuurlijke personen, vennootschappen, rechtspersonen onderworpen aan de rechtspersonenbelasting en buitenlandse belastingplichtigen die onderworpen zijn aan de Belgische belasting van niet-inwoners.

Wat kan men regulariseren?

Een regularisatie zal mogelijk worden voor:

  • alle inkomstenbelastingen, inclusief voor inkomsten verkregen via een buitenlandse rekening, verzekering of juridische constructie;
  • btw;
  • niet-geregionaliseerde registratierechten;
  • belastingen uit het Wetboek Diverse Rechten en Taksen (o.a. premietaks in het kader van verzekeringen);
  • sociale bijdragen voor de beroepsinkomsten als zelfstandigen.

De belangrijkste beperking van deze regularisatiewet is dat men in de huidige stand van de tekst de erfbelasting (successierechten) en de  geregionaliseerde registratierechten niet zal kunnen regulariseren. Hiervoor is eerst een samenwerkingsakkoord met de gewesten vereist. Er wordt algemeen verwacht dat er dit jaar nog een samenwerkingsakkoord met de Vlaamse Belastingdienst komt.

Een dergelijk samenwerkingsakkoord zou niet alleen het toepassingsgebied van de regularisatieprocedure verbreden, het zou de Gewesten ook budgettair ten goede komen. Het valt te betreuren dat het Brusselse en het Waalse Gewest recent hebben verklaard een vernietigingsprocedure te willen instellen omdat men door (valse) regularisatie-aangiftes ook gelden verkregen uit niet-aangegeven nalatenschappen zou kunnen trachten af te dekken. Deze vrees van de genoemde Gewesten heeft echter een erg hypothetisch karakter. Niet alleen zou een valse regularisatie-aangifte een nieuw misdrijf zijn, bovendien betaalt de belastingplichtige een hoge prijs voor een regularisatie die uiteindelijk geen wettelijke waarde heeft. Het is bijgevolg twijfelachtig of de regularisatiewet om die reden zal worden vernietigd door het Grondwettelijk Hof.

Tarieven

Niet-verjaarde inkomsten zullen onderworpen worden aan de normaal verschuldigde belasting, (initieel) verhoogd met 20 procentpunten.

Voorbeeld: roerende inkomsten die ten tijde van de uitkering onderworpen zouden zijn aan een belasting van 15% kunnen geregulariseerd worden aan een tarief van 35% (15% + 20%).

Fiscaal verjaarde kapitalen daarentegen zullen onderworpen worden aan een vaste heffing van 36%. Hoewel de fiscus op inkomsten uit deze kapitalen in veel gevallen geen belastingen meer kan heffen, blijft een regularisatie nuttig omwille van de strafrechtelijke immuniteit die wordt geboden.

De voormelde verhoging van 20 procentpunten en de heffing van 36% worden in de komende jaren verder verhoogd volgens de volgende tabel:

Jaar

2016

2017

2018

2019

2020+

Verhoging

20%

22%

23%

24%

25%

Fiscaal verjaarde kapitalen

36%

37%

38%

39%

40%

Tegenover de regularisatieheffing kan geen aftrek gebeuren van betaalde voorheffingen, voorafbetalingen, de woonstaatheffing, belasting-verminderingen en belastingkredieten.

De heffing voor de regularisatie van de sociale bijdragen bedraagt 15% van de betrokken beroepsinkomsten.

Bewijslast

Het is aan de aangever om te bewijzen welke van de aangegeven middelen niet geregulariseerd moeten worden omdat zij “wit” zijn, d.i. omdat ze hun normale belastingregime hebben ondergaan. De aangever moet alles regulariseren waarvan hij dat bewijs niet kan leveren. Dit bewijs moet bovendien schriftelijk geleverd worden, eventueel aangevuld met andere bewijsmiddelen maar met uitzondering van de eed en het getuigenbewijs.

Éénmalig karakter van de regularisatie

Een belastingplichtige kan slechts één keer een regularisatieaangifte indienen op grond van deze wet. In die zin heeft deze regularisatieronde een éénmalig karakter. Personen die al in een vorige regularisatieronde een aanvraag hebben ingediend, kunnen wel een regularisatie op basis van deze wet vragen.

Procedure

Net als bij de vorige regularisatieronde moet men de aanvraag indienen bij het Contactpunt regularisaties bij de Federale Overheidsdienst Financiën. Dit Contactpunt is georganiseerd in de schoot van de Dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (de zogenaamde ‘Rulingcommissie’).

De aanvrager dient een aangifteformulier in, samen met een bondige verklaring van het fraudeschema en de omvang en de oorsprong van de middelen, de periode waarin deze zijn ontstaan en de gebruikte rekeningen. Volgend op de aangifte zal het Contactpunt Regularisaties de ontvankelijkheid en het verschuldigde bedrag vaststellen en dit schriftelijk meedelen aan de aangever. Deze laatste dient het verschuldigde bedrag te voldoen binnen 15 kalenderdagen na de verzending van de brief door het Contactpunt. Nadien reikt het Contactpunt het regularisatie-attest uit. 

Haast is geboden!

Een regularisatie is uitgesloten wanneer de aangever vóór de indiening van zijn aangifte schriftelijk in kennis is gesteld van lopende specifieke onderzoeksdaden door een Belgische gerechtelijke dienst, belastingadministratie, sociale zekerheidsinstelling of inspectiedienst of de FOD Economie.

Met de toegenomen informatie-uitwisseling en de stijging van de toepasselijke tarieven is het aan te raden dat belastingplichtigen niet talmen met voorbereiding van hun regularisatiedossier zodat zij tijdig – en in bepaalde gevallen bij voorkeur al op het moment van de inwerkingtreding van de regeling – een regularisatieaangifte indienen. Haast kan dus geboden zijn.

*

Sintax Advocaten kan u hierbij bijstaan. Aarzel niet om contact met ons op te nemen zodat we u kunnen helpen met het evalueren van uw positie en het voorbereiden van uw dossier.

Philippe Bielen

Mathieu Isenbaert

Klik hier voor een .pdf versie van deze nieuwsbrief.